Force majeure
Wat is een force majeure-clausule?
Een term die soms wordt aangeduid als "overmacht", die onverwachte gebeurtenissen dekt en het nakomen van contractuele verplichtingen verhindert.
Wat is de betekenis van force majeure?
Force majeure, een Frans woord dat vertaald wordt als "overmacht", verwijst naar onverwachte gebeurtenissen buiten de controle van de contractpartijen die het onmogelijk of onpraktisch maken om contractuele verplichtingen na te komen. Veelvoorkomende voorbeelden zijn natuurrampen, oorlogen, pandemieën en overheidsmaatregelen. Het doel is om partijen te ontslaan van hun verplichtingen in situaties waarin de normale werking van het contract niet kan worden gehandhaafd.
Dit artikel onderzoekt hoe force majeure van kracht wordt in het Nederlandse recht vergeleken met de Europese Unie (EU) en haar lidstaten. Zoals we zullen ontdekken, zijn er kleine nuances in de reikwijdte en traditie van de toepassing ervan, wat kan leiden tot variaties in uitkomsten.
Wat is force majeure in het Nederlandse recht?
In Nederland wordt force majeure—ook wel "overmacht" genoemd—geregeld door Artikel 6:75 van het Burgerlijk Wetboek. De toepassing van force majeure vereist geen expliciete clausule in het contract omdat het is verankerd in het Burgerlijk Wetboek (wat betekent dat het altijd van toepassing is). Toch kiezen partijen er soms voor om specifieke overmachtsbepalingen op te nemen om te verduidelijken welke gebeurtenissen als zodanig moeten worden beschouwd. De reden hiervoor is dat Nederlandse rechtbanken force majeure vaak eng interpreteren, met de focus op de vraag of de gebeurtenis werkelijk onvoorzienbaar en onvermijdelijk was op het moment dat het contract werd gesloten.
Als een leverancier bijvoorbeeld geen goederen kan leveren omdat een overstroming hun magazijn heeft vernietigd, kan dit worden beschouwd als force majeure. Als de leverancier daarentegen niet kan leveren vanwege een prijsstijging van grondstoffen, wordt dit meestal niet geaccepteerd als force majeure. Dit betekent natuurlijk niet dat een contract in geen enkel geval kan worden beëindigd vanwege economische moeilijkheden—integendeel. Echter, de toepassing daarvan zou waarschijnlijk niet onder force majeure vallen.
Wat is force majeure in de EU?
De interpretatie en toepassing van de force majeure-clausule varieert tussen EU-lidstaten vanwege verschillende juridische tradities en wettelijke regelingen. We zullen de nuances bekijken in een aantal voorbeelden hieronder.
In Frankrijk is force majeure gedefinieerd in Artikel 1218 van het Franse Burgerlijk Wetboek. Een gebeurtenis kwalificeert als force majeure als deze buiten de controle van de schuldenaar ligt, redelijkerwijs niet kon worden voorzien op het moment van het contract, en waarvan de effecten niet kunnen worden vermeden door passende maatregelen. De Franse wet vereist dat de gebeurtenis onvoorzienbaar, onvermijdelijk en extern is.
In common law-landen zoals Engeland (merk op dat het VK de EU heeft verlaten maar vaak wordt betrokken in discussies over Europees contractenrecht), wordt force majeure niet automatisch geïmpliceerd in contracten. In plaats daarvan moet het uitdrukkelijk worden opgenomen en gedefinieerd binnen het contract. Zonder een force majeure-clausule kunnen partijen zich beroepen op de doctrine van "frustration", maar dit is een beperkte en moeilijke route, die vereist dat de uitvoering onmogelijk, illegaal of radicaal anders is geworden dan wat werd beoogd.
In Duitsland, hoewel de term "force majeure" niet expliciet wordt gebruikt in het Duitse Burgerlijk Wetboek (Bürgerliches Gesetzbuch), zijn vergelijkbare principes van toepassing onder secties die te maken hebben met onmogelijkheid en contractfrustratie. De Duitse wet staat toe dat een contract wordt beëindigd of aangepast wanneer onvoorziene gebeurtenissen het contractuele evenwicht fundamenteel verstoren.
Praktijkvoorbeelden van force majeure in de EU
Grote onvoorziene gebeurtenissen bieden een mogelijkheid om de toepassing van deze regeling in een praktijksituatie te verkennen. Hieronder bespreken we twee van de meest impactvolle macro-evenementen van de afgelopen 20 jaar.
Tijdens de COVID-19-pandemie zagen we dat EU-regeringen noodtoestanden afkondigden en lockdowns oplegden om de verspreiding van het virus in te dammen. De combinatie van deze uitbraak en de maatregelen die nodig waren om de verspreiding te voorkomen, verstoorden economieën en de bedrijven die daar deel van uitmaken. In Nederland deden partijen een beroep op "overmacht", waarbij rechtbanken beoordeelden of de pandemie de uitvoering werkelijk onmogelijk maakte in plaats van alleen maar moeilijker. Frankrijk erkende COVID-19 als een force majeure-gebeurtenis voor overheidscontracten en beoordeelde particuliere contracten op basis van criteria zoals onvoorzienbaarheid en externaliteit. Duitsland paste principes van onmogelijkheid en contractfrustratie toe om COVID-19 te erkennen als een potentiële force majeure-gebeurtenis.
In Spanje maakte de toepassing van de juridische doctrine "rebus sic stantibus" het mogelijk om contracten te wijzigen of te beëindigen wanneer onvoorziene gebeurtenissen het contractuele evenwicht fundamenteel veranderden. Spaanse rechtbanken waren, zowel tijdens de COVID-19-pandemie als de financiële crisis van 2008, meer ontvankelijk voor het beschouwen van ernstige economische moeilijkheden als gronden voor het aanpassen van verplichtingen.
Conclusie
Concluderend is de force majeure-clausule een waardevol contractueel instrument voor het omgaan met onvoorziene gebeurtenissen die de nakoming van verplichtingen verhinderen, hoewel de toepassing ervan aanzienlijk varieert tussen jurisdicties. In Nederland is "overmacht" verankerd in de wet, terwijl in landen als Frankrijk en Duitsland specifieke criteria en principes het gebruik ervan beheersen. Om bescherming te waarborgen, moeten bedrijven force majeure-gebeurtenissen duidelijk definiëren en juridisch advies inwinnen, vooral wanneer zij opereren over meerdere rechtsstelsels.